Racistisch antiracisme – deel I
De University of Hull vindt foutloos taalgebruik elitair en discriminerend. Studenten van deze Britse provincie-universiteit mogen verkeerd spellen, grammaticale fouten maken en interpunctie verkeerd gebruiken. Hilde Roothart, student aan de Hoge School voor de Kunsten in Utrecht, pleit in de Volkskrant van 21 april voor eenzelfde aanpak in Nederland. Jammer, onbedoeld werken deze antitaal-activisten juist mee aan het vergroten van sociale en etnische ongelijkheid.
De schrijfster citeert David Crystal, een Britse taalkundige die vindt dat het belang van spellings- en grammaticaregels wordt overschat. De over te brengen boodschap moet centraal staan, redeneert Crystal. Tja, dat is nou juist de functie van spellings- en grammaticaregels: de boodschap klip en klaar, zonder risico op misverstand overbrengen.
Master-student Nederlands Roothart haalt ook Ferdinand de Saussure van stal. Deze negentiende eeuwse taaltheoreticus onderscheidde taal als systeem van het alledaags taalgebruik, in al zijn variaties. Hem erbij slepen is misschien het gevolg van het volgen van een niet-academische ‘masteropleiding’ Nederlands, want hoe De Saussure vanuit zijn graf het afschaffen van taalregels ondersteunt, maakt Roothart niet duidelijk.
Volgens Hull University is goed taalgebruik homogeen Noord-Europees, wit en mannelijk. ‘Hoogste tijd om taal te dekoloniseren.’ Je zult maar vrouw zijn, of gekleurd… of beide én behept met correct ‘elitair’ taalgebruik. Persoonlijk vind ik deze kwalificatie van de Hull Universiteit nogal seksistisch en racistisch, alsof er buiten Noord-Europa geen landen zijn waar men evenveel waarde hecht aan correct taalgebruik. En alsof alle niet witte, niet-mannelijke taalgebruikers straattaal spreken en geen foutloze zin kunnen opschrijven. Alsof taal, met al zijn conventies, van witte mannen is.
Roothart onderschrijft niet alleen de Hull-kritiek, ze gaat een stapje verder: er bestaat zoiets als language privilege, in goed Nederlands ‘taalprivilege’. Met als ‘logisch’ gevolg dat de een meer recht heeft op taal dan de ander, zo concludeert Roothart. Hoe die logica in elkaar steekt, legt ze helaas niet uit. Bedoelt ze dat laaggeletterden geen boeken of kranten mogen lezen? Of dat hoogopgeleiden meer ‘recht van spreken’ hebben? Ondertussen stelt Mark Rutte mijn geduld op de proef door in zijn corona-persconferenties steevast in extra traag, overdreven gearticuleerd en zo simplistisch mogelijk Nederlands het volk toe spreken. Ik voel mij als hoogopgeleide allang niet meer geprivilegieerd, in elk geval niet aangesproken.
Natuurlijk hebben de antitaal-activisten een punt. Taalgebruik kan onderscheidend zijn. Je kunt in de regel aan iemands taalgebruik horen of aflezen of diegene hoogopgeleid is of niet. Daarop gelden echter tal van uitzonderingen – al kunnen die als bevestiging van de regel worden gezien – zoals de computernerd die zelden een boek leest of de import-wetenschapper die na twintig jaar haar Duitse accent nog altijd niet kwijt is. Of ze om die reden worden gediscrimineerd of in hun carrière geremd durf ik te betwijfelen.
Het is waar dat elitair taalgebruik, jargon, ambtelijke- en overige dieventaal (argot), nogal eens tot doel hebben anderen buiten te sluiten. Die ander is overigens niet per se en in de praktijk zelden iemand van een andere etnische groep of sociale klasse maar meestal een ‘leek’, iemand die niet tot een professionele of subculturele incrowd hoort. Andersom gebeurt ook. Probeer maar eens als brave burger, ongeacht kleur of origine, een gesprek tussen straatjongens in de Amsterdamse Bijlmer te volgen.
Wat beweegt antitaal-activisten als Roothart? Zelf noemt ze haar zeventienjarige, laaggeletterde zoon met het syndroom van Down als inspiratie. En de Hull University? Een half uurtje Britse websites afstruinen levert geen bijzonder hoge score op voor deze provincie-universiteit. Ze zit in elk geval niet bij de top 50, met één lichtpuntje: Hull staat mooi wel op de 25e plaats op de ranglijst van ‘beste Engelse universiteiten in creative writing’ (bron: www.ukuni.net).
Nee, we hoeven niet allemaal foutloos te schrijven. De installateur, dakdekker, automonteur, verpleegster en ook de accountant, statisticus, scheikundige hebben wel wat beters te doen. Zo ook mijn zoon, die wit en middleclass, met een uitstekende start op een van de meest elitaire basisscholen van Amsterdam, nooit een held in de Nederlandse taal is geweest. Maar wel een zeer intelligente top-IT’er. En toch blijf ik hem corrigeren als hij een woord verkeerd uitspreekt of een wel heel curieuze grammaticale constructie uitkraamt, en daar is hij mij dankbaar voor want hij is nu eenmaal leergierig.
De University of Hull maakt vast school onder gelijkgestemde middelmatige opleidingsinstituten. Maar reken er niet op dat Oxford en Cambridge hun taalstandaard laten zakken. Onderwijsdevaluatie, waar het laten vieren van spellings- en grammatica-eisen toch op neerkomt, versterkt de positie van elite-onderwijs en verzwakt de kansen van leerlingen uit een achterstandspositie. Het versterkt ongelijkheid en daarmee onbedoeld ook racisme.
Verheffing van de arbeidersklasse was ooit het hogere streven van de socialistische beweging. Emancipeer mensen door ze een goede opleiding te geven, door ze te leren hoe de wereld in elkaar steekt en ze taalvaardig te maken. Door boeken te lezen verhef je jezelf, leerde mijn moeder zaliger mij. Zij was van eenvoudige komaf, en las alles wat los en vast zat. Dankzij haar ben ik Nederlands gaan studeren, en daar ben ik haar nog altijd dankbaar voor. Taal is te mooi om af te doen als louter parole, laat staan om te worden geofferd op het altaar van de politieke hypercorrectie.
In Nederland zijn bijna 2,5 miljoen mensen laaggeletterd. Hun aantal neemt eerder toe dan af. Nederland is een van de landen met het grootste verschil in taalvaardigheid tussen autochtonen en migranten. Het missen van basisvaardigheden zorgt voor uitsluiting, stelt Unesco-leerstoelhouder Maurice de Greef. Unesco doet aanbevelingen om dit tij te keren. Daar zit niet het advies bij om de taalregels los te laten.
De foto boven dit artikel is van de Unesco-website afkomstig: taalonderwijs in Senegal